DLG: ‘Tijdwinst door bundelen procedures RO-plannen’

Voor het landinrichtingsproject in Noordwest Overijssel zijn onlangs door drie verschillende overheden tegelijkertijd drie procedures doorlopen. Deze aanpak leverde een half jaar tijdwinst op en maakte de inspraakprocedure voor burgers begrijpelijker en toegankelijker.

Eén MER
De provincie Overijssel, waterschap Reest en Wieden en de gemeente Steenwijkerland hebben in dezelfde periode vijf plannen gemaakt. Over deze vijf plannen is één Milieu Effect Rapportage uitgevoerd, om de milieueffecten van de verschillende plannen te toetsen.

Eén keer inspreken
De aanleiding voor de samenwerking is een plan voor herinrichting van 300 hectare waterberging en natuur in Noordwest Overijssel. Daarvoor was een inrichtingsplan van de provincie nodig, watergebiedsplannen voor waterberging en ten behoeve van herverkaveling en een wijziging van het bestemmingsplan. Door de procedures te coördineren konden alle plannen gelijktijdig ter inzage worden gelegd, zodat belanghebbenden in één keer konden inspreken over de hele gebiedsinrichting.

Dienst Landelijk Gebied
Dienst Landelijk Gebied (DLG) heeft als coördinerende partij in Noordwest Overijssel het voortouw genomen om de procedures en de inspraak bij plannen van de verschillende overheden tegelijk te laten verlopen, zegt omgevingsmanager Paulien Bisschop.

Duidelijker voor burgers
‘Voor DLG is dit de eerste keer, maar we willen deze werkwijze vaker gaan toepassen, we zijn er erg tevreden over. Het levert tijdwinst op, maar maakt het hele proces ook veel duidelijker voor burgers. Ze kunnen gewoon één keer zeggen wat ze van het plan vinden, daarna is het aan ons om te bekijken in welk document eventuele aanpassingen hun beslag moeten krijgen.’ In totaal kwamen vijftien inspraakreacties binnen, de termijn voor bezwaar en beroep van de verschillende plannen loopt nog.

Afstemming en vertrouwen
Achter de schermen vergde de aanpak veel afstemming. Zo moest er een besluit worden genomen om het coördinerend bevoegd gezag bij de provincie te leggen. Verder was vooral het onderling vertrouwen van groot belang, legt Bisschop uit. ‘Gemeenten willen normaal gesproken eerst een vastgesteld inrichtingsplan van de provincie zien voordat ze een bestemmingsplan wijzigen. Nu liepen die procedures gelijktijdig en moest de gemeente erop vertrouwen dat de provincie het vrijmaken van de benodigde gronden netjes zou regelen. Dat is allemaal heel goed verlopen.’

Ervaringen delen
Volgens DLG was het de extra inspanning waard, afgezet tegen de voordelen voor de betrokken instanties en de burgers: Meer snelheid en duidelijkheid, minder regels en bureaucratie. Bisschop: ‘Wat wij hier hebben gedaan is in lijn met wat de nieuwe Omgevingswet beoogt. We zijn zeer bereid om onze ervaringen met de minister te delen.’